Rietje J. Huijser – tekenen, schilderen, beeldhouwen
Locatie:
Industrieweg 12
Vught
www.rietjejhuijser.nl
Beeldend kunstenares Rietje J.-Huijser (Apeldoorn 1947, oorspronkelijk onderwijzeres, daarna docente handvaardigheid en lerares Nederlands) tekent, schildert en beeldhouwt.
Zij is als kunstenares autodidact.
Haar werk is van een klassieke tijdloosheid, ontdaan van alle franje en teruggebracht tot de essentie: Liefde en communicatie tussen mensen, dieren, de natuur.
“Woorden schieten te kort in wat ik wil zeggen. Ik probeer de intimiteit van het leven, de communicatie naar boven te halen. Dat wat ik zie, is voor mij een middel om de kern van het leven dat ik niet in woorden kan vangen weer te geven.”
Dat kan de natuur zijn, de mens en sinds enige tijd ook het dier.
Een gebaar, een beweging, een klein detail, de sfeer roept “iets” bij haar op en dát wil ze vastleggen op papier, doek of in steen. Haar ontdekkingsreis begint. Intuïtief kiest zij materiaal en geeft ze in compositie, lijn, kleur, vlak en toon vorm aan datgene wat ze ziet of beter gezegd: geeft zij vorm aan datgene wat ze wíl zien en wat zij wil láten zien. Maar dat inspirerende gebaar, die beweging, dat detail alleen is niet voldoende. Zij zegt vaak: “Ik wil er nog iets mee doen en moet ik vaak maanden, soms zelfs jaren wachten voor zich die beweging, dat gebaar, dat detail, die uitdrukking voordoet, waarmee ik verder kan, omdat ik uitga van een levend model, geen gefantaseerde pose, geen opgelegde “stand”, maar een levendige natuurlijke ongekunsteldheid.”
Dieren doen haar denken aan de puurheid, het wezenlijke van het bestaan, aan grottekeningen, niet alleen de meest bekende maar ook aan de voor velen onbekende afbeelding in een grot in Azië: een runderachtige en een jong dier die elkaar liefdevol likken. Een tekening gemaakt door mensen van toen, de zogeheten jagerverzamelaars die verrassen met hun tederheid en affiniteit met hun natuurlijke omgeving. In “How art began” merkt Antony Gromley (kunstenaar) op:”If we can look closely at the art of our ancestors, perhaps we will be able to reconnect with something vital that we have lost.” (“Als wij goed naar de kunst van onze voorouders kijken, kunnen wij misschien contact maken met iets essentieels wat wij verloren hebben.”)



